Patronen
Gedragspatronen vormen zich al vroeg in je leven. Op jonge leeftijd vind je de bevestiging in hoe bepaald gedrag je exact brengt wat je op dat moment nodig hebt.
Bepalend hierin zijn naast het gezin waarin je welkom werd geheten, de hechting en (on)veiligheid waarin je bent opgegroeid en de plek (rol) die je hier innam, ook de ouderboodschappen die je daar al dan niet bewust of onbewust mee kreeg en wat je daarin leerde over afscheid nemen, risico’s aan gaan óf vermijden en het streven naar geluk.
Later in je leven ga je op zoek naar mensen, plekken en situaties waarin je wordt bevestigd dat datgene wat je hebt geleerd het juiste is. Je maakt keuzes voor datgene wat comfortabel voelt, voor mensen en plekken die jouw identiteit en zelfbeeld zoveel als mogelijk bevestigen. Je zoekt als het ware de magische plek waarin je precies dat kunt laten zien wat je zo goed geleerd hebt. En waarin dat gedrag ook nog een positieve reactie en erkenning op roept bij de ander. Zo groeit (ook) vertrouwen.
Tot het moment komt, dat alle kwaliteiten die je hiervoor inzet niet meer dienend zijn aan jezelf, aan jouw eigen ontwikkeling. Misschien als gevolg van een ingrijpende verandering (reorganisatie, burn-out, of rolwisseling) waardoor je schrik, paniek of een andere vorm van weerstand ervaart. Er vindt een ongewenste verandering plaats en je hebt hier geen invloed op.